De fiscus (btw of inkomstenbelastingen) heeft toegang tot de lokalen die u voor uw beroep gebruikt. Zonder meer. Maar als zij u ook in uw woning of privé-lokalen willen “bezoeken”, dan moeten ze wel eerst langs gaan bij de politierechter voor een machtiging. Zo’n visitatie kan enkel gebeuren tussen vijf uur ‘s morgens en negen uur ’s avonds.
Meer dan een formaliteit
De bijzondere belastinginspectie (BBI) wilde een visitatie doen op de maatschappelijke zetel van een vennootschap en bij de bestuurders op hun privé-adres. Zij vragen, zoals het hoort, een machtiging van de politierechter en krijgen die vrijwel onmiddellijk. Iets minder dan 2 weken later is het zo ver.
De beslissing van de politierechter is niet ‘tegensprekelijk’: de betrokken belastingplichtigen krijgen niet de kans om voor de politierechter te verschijnen en daar te discussiëren over de zin of onzin van zo’n visitatie. Dat is niet onlogisch: het is de fiscus immers om het verrassingselement te doen en te vermijden dat bewijsmateriaal verdwijnt.
Maar in het betrokken geval had de politierechter zonder veel wikken of wegen zijn goedkeuring gegeven aan de huiszoeking. En dat was voor het Grondwettelijk Hof toch iets te simpel (arrest nr. 104/2019).
Controle achteraf moet mogelijk zijn
Het Grondwettelijk Hof struikelde vooral over het gegeven dat het verzoek van de BBI zelf niet zoveel motivering bevatte waarom een huiszoeking in casu nodig was. De beslissing van de politierechter was daardoor zelf ook amper gemotiveerd.
Zoals hierboven al aangehaald is het evident dat de politierechter zijn beslissing neemt op verzoek van de fiscus alleen, zonder dat de belastingplichtige er bij betrokken wordt. Maar om controle op de beslissing van de rechter achteraf mogelijk te maken, moet deze laatste zijn beslissing ook effectief motiveren.
De richtlijnen van de fiscus zelf zeggen dat een verzoek voor een visitatie aan de politierechter bondig gemotiveerd moet zijn. In het verzoek moet met name duidelijk gemaakt worden waarom een huiszoeking in een woning noodzakelijk is.
Wat valt er dan nog te controleren?
Elk onderzoek van de fiscus ten aanzien van een belastingplichtige moet legitiem zijn, voorzienbaar zijn en noodzakelijk. Dat geldt voor alle onderzoeksdaden. De visitatie van particuliere lokalen is, net als de visitatie van beroepslokalen, een onderzoeksdaad die aan die voorwaarden moet voldoen.
Een huiszoeking moet in redelijke verhouding staan tot de doelstelling. Dat is ook precies de reden waarom een politierechter eerst nog machtiging moet geven. Als die machtiging automatisch gegeven wordt, zonder dat er motivatie is bij het verzoek, is achteraf niet te oordelen of de wettelijke voorwaarden voldaan waren. Het Grondwettelijk hof besluit dan ook letterlijk dat de machtiging tot visitatie naast de gegevens over het dossier ook moet vermelden “de reden waarom ze noodzakelijk is”.